HALLO LIO!
26 maart 2019 was ze daar, onze kleine Lio. Lio Lola Merckpoel, het meisje dat ons gezin voorlopig compleet maakt. Haar komst was niet gepland en mijn tweede zwangerschap ging gepaard met vlagen van paniek, serieus wat emotionele buien en een pakske ongeduld. Dat moet ze gevoeld hebben, want 5 dagen vroeger dan verwacht wilde ze de wereld al zien. Nooit gedacht dat ik de 40 weken deze keer niet zou halen, maar oh zo blij om. Fysiek was het namelijk een grotere uitdaging dan de eerste keer, dat zwanger zijn. Bekkeninstabiliteit zorgde voor die typische zwangerschapswaggel en heel wat pijntjes ter hoogte van mijn linkerheup, waardoor in en uit mijn bed/zetel/auto stappen allerminst makkelijk was. En zo’n peuter die nog vaak wil gepakt worden, maakt het er ook niet eenvoudiger op. Dus ja, het feit dat er geen baby meer in de buik zit, lucht/licht op.
Een maand geleden zag ze dus het levenslicht, en ondertussen vond ik zelfs al de tijd om haar verhaal neer te schrijven (ja, ik geraak zelfs bijna elke ochtend gedoucht, ‘t is echt een wonder), net zoals ik het bevallingsverhaal van Lucy neerschreef. Om het niet te vergeten, maar ook omdat ik zelf graag zo’n (positieve) verhalen lees.
Mijn laatste werkdag was donderdag 21 maart, deze keer werkte ik door tot wanneer ik wettelijk niet meer mocht. Vrijdag was zoals steeds mama-en-Lucydag, het weekend was ons laatste als gezin van 3 en op maandag verveelde ik mij al. Ik fantaseerde wel over die dinsdag de 26ste, omdat ze dan allebei op een 26ste zouden geboren zijn, en we maakten er tijdens de lunch met mijn mama en tante mopjes over. En toen we die maandagavond richting Gent reden om mijn schoonouders die net terug waren van een trouwfeest in de Zwitserse Alpen (waar wij, indien ik niet hoogzwanger was geweest, ook waren heengegaan #beetjebalen) op te pikken, kreeg ik op het viaduct van Gentbrugge toch het gevoel van die eerste weeën. Gek, maar ik was bang om vergeten te zijn hoe het allemaal begint, maar mijn gevoel zat dus juist: het waren wel degelijk weeën die de komst van Mini Merckpoel 2 aankondigden. Dus ik hield het klokje op het dashboard in de gaten en zei tegen Lander dat we misschien niet hoefden terug te keren naar huis, die avond. We aten nog iets bij Jour De Fête (net zoals we deden toen we nog in Gent woonden en ik hoogzwanger was van Lucy) en reden daarna alsnog naar huis, omdat de weeën nog niet regelmatig kwamen, we nog niks van gerief voor het ziekenhuis in onze koffer hadden zitten en omdat toekomen met uw schoonouders in het verloskwartier ook maar wat speciaal zou zijn, niwaar? Thuis keken we in ons bed nog 2 afleveringen van The Sinner op Netflix (aanrader), terwijl ik mijn weeën timede. Ik wilde om middernacht vertrekken, wegens ongeduldig, en de weeën kwamen toen ongeveer om de 5 à 6 minuten, dus om half één stapten we de auto in, opnieuw richting Gent. Eenmaal aangekomen op de spoedafdeling, zaten we in de wachtzaal met een koppel dat ook op het punt stond om ouders te worden.
En dan word je gedropt in die verloskamer, aan de monitor gelegd, en begint het saaie stuk van de arbeid: wachten, proberen rusten, wat lezen in ‘Mama’ van Celia Ledoux, de weeën opvangen, op de bal zitten, eens naar ‘t toilet gaan, een selfie maken, weer dat lavement weigeren, af en toe de vroedvrouw zien, niet kunnen slapen, maar wel naar het lichte gesnurk van uw man moeten luisteren, denken aan hoe het deze keer zal verlopen… Ik had mij niet speciaal meer of anders voorbereid op deze tweede bevalling, maar mijn mindset was deze keer wel vastberadener om het zo natuurlijk mogelijk te laten verlopen.
Ik werd gewaarschuwd dat het bij een tweede veel vlotter zou kunnen gaan, maar voor mij bleek het omgekeerde waar: het was maandag 18u30 toen we over het viaduct van Gentbrugge reden (dus ik reken dat tijdstip als het begin) en ze was er pas op dinsdag om 11u49. Best wel wat langer dan de 13,5 uur die het bij Lucy duurde. Weer braken die vliezen maar niet (een eerste tegenslag voor mijn positieve mindset), dus werd er gewacht op de komst van mijn gynaecologe om 8u. Ik zat toen op 4 à 5 centimeter en we besloten samen dat de vliezen mochten gebroken worden, in de hoop op een snellere ontsluiting eens dat gebeurd was. Opnieuw werd die lange staaf dus bovengehaald om de vliezen te breken (hetgeen geen pijn doet). Een tweede teleurstelling volgde toen het vruchtwater niet volledig helder bleek te zijn. De gynaecologe zei me dat het daarom nodig was dat er een kinderarts bij de bevalling aanwezig zou zijn, om te controleren of er zeker geen vruchtwater in de baby terechtgekomen was. Er werd ook (opnieuw) een STAN-monitor geplaatst om Lio’s hartje beter te kunnen monitoren. Ook dat had wat voeten in de aarde: de monitor ‘pakte’ niet goed op Lio’s hoofdje, waardoor ze verschillende pijnlijke pogingen nodig hadden om hem juist geplaatst te krijgen. Lander kon het amper aanzien en -horen, en trok nogal wit weg en hoopte op een Cola’tje (wat ze natuurlijk niet standaard ter beschikking hebben in een verloskamer).
Derde teleurstelling was toen dat hele vliezenbrekengedoe ook niet bleek te helpen om verder te ontsluiten, dus werd er een infuus gestoken met een lichte dosis weeënopwekkers. Tot zover dat ‘zo natuurlijk mogelijk’, dacht ik, maar ik was ook niet van plan om daar nog een hele dag te liggen, dus met het zicht op vooruitgang, was dat infuus uiteindelijk wel een mogelijk redmiddel. En het deed zijn werk, de weeën kwamen korter op elkaar en ik ving ze op in kleermakerszit op het bed, met de hulp van Lander die mij met gekruiste armen zijn handen aanbood waarin ik kneep. Elke 2 à 3 minuten kwamen de weeën, de ademhalingstechnieken die de kinesiste me leerde deden hun werk: ik ving op en met behulp van de lucht die in en uit mijn longen kwam, ging elke wee weer voorbij. De minuten op de digitale klok in de kamer gingen soms zo traag voorbij, maar dan ineens ook weer snel. Soms zat ik letterlijk te wachten op een wee, dan was er plots weer een kwartier voorbij. Ik heb wel een aantal keer kermend gevraagd hoe lang het nog zou duren, wanhopig en wensend dat het allemaal snel voorbij zou zijn en ik mijn baby kon vasthouden. Uiteraard konden noch de gynaecoloog, noch de vroedvrouw daar antwoord op geven, maar ik wilde ‘nog een uurtje’ of zoiets horen, zodat ik wist hoe lang ik nog zou moeten volhouden.
Rond elf uur voelde de gynaecoloog mijn wanhoop aan en ze vermoedde dat ik niet meer zou ontspannen, hetgeen nodig was omdat Lio haar hoofdje nog moest draaien. Ik moest dus op mijn linkerzij gaan liggen, maar ik zat zodanig in mijn flow in die kleermakerszit, dat ik niet meer van positie kon of wilde switchen, niet met die pijnlijke weeën. Ik zat op 9 centimeter, maar de gynaecoloog wist niet hoe lang het nog zou duren als ik niet even ontspande en neer zou gaan liggen. Dus stelde ze voor om toch nog een epidurale te steken, iets waarmee ik instemde - ik was eigenlijk blij dat ze het vroeg/voorstelde. Ze vertelde me dat ze sinds vorig jaar een lichtere soort epidurale toedienden: eentje die het scherpste randje van de pijn wegneemt, waardoor je dus terug wat ‘comfort’ hebt, maar wel nog alles voelt. Exact hetgeen wat ik nodig had, zo bleek. Om 11u16 was de epidurale een feit, en ik voelde inderdaad nog alles, maar kon wel liggend de weeën opvangen. Om 11u40 mocht ik persen en ook hier kreeg ik hulp van Lander die mijn hoofd naar mijn borst toe trok bij elke perswee (ook in opdracht van mijn kinesiste). Ik voelde elke perswee, en ook hoe ze door het geboortekanaal passeerde, met dank aan de zogenaamde ‘walking epidural’ dus. Om 11u49, na 3 persweeën, kon ik haar dan eindelijk zelf uit mij nemen (de gynaecoloog zei “pak ze maar!”) en dat was zo geniaal! Eindelijk was ze daar, na een slapeloze nacht die tergend traag voorbij was gegaan, mijn tweede baby, vol huidsmeer, en zoals verwacht (ik zag het al op de echo) een kopietje van haar zuster. Ze lijken zo hard op elkaar (vooral het neusje en de lipjes) dat zelfs Google Photos moeite heeft met de gezichtsherkenning :).
Dit keer kreeg Lander wel de kans om de navelstreng door te knippen (hoewel hij eerst weigerde) en kreeg hij ook een skin to skin-momentje terwijl mijn scheur- en schaafwonde werd opgelapt (geen knip ditmaal en zo blij mee, want alles genas supersnel). Daarna werden we net zoals de eerste keer geruime tijd alleen gelaten terwijl Lio op mij lag te bekomen van haar terwereldzetting en ik haar al een eerste keer de borst gaf. De epidurale zero maakt het ook mogelijk om op uw benen te staan én stappen meteen na de bevalling, dus deze keer werd ik niet gewassen, maar kon ik tot aan de douche stappen en mezelf wassen. Ondanks de teleurstellingen was ook mijn tweede bevalling een goeie ervaring en heb ik het gevoel dat ik het een derde zonder epidurale zou aankunnen. We zullen zien of dat er ooit van komt, who knows. Ook van deze bevalling hebben we trouwens een geluidsopname, iets wat volgens ons veel intiemer is dan een video, terwijl het bijna evenveel meegeeft (en veel minder bloederig is :)).
Na de bevalling namen we nog onze tijd om even met ons 3 op de kamer te zijn en na een uurtje ging Lander Lucy afhalen op de crèche, zodat zij de allereerste bezoeker kon zijn van haar zusje (hier kan je lezen hoe dat precies gegaan is). Terwijl Lucy bij ons op de kamer was, lichtten we onze dichte vrienden en familie in en niet veel later waren de eerste bezoekers er al. Hoewel ik dit keer minder lang wilde blijven, bleven we door omstandigheden ook weer 3 nachten. Hetgeen natuurlijk helemaal niet erg is in zo’n geniaal ziekenhuis als dat waar ik beviel. We vertrokken op vrijdag rond 14u en toen Lander de kar terug ging zetten en weer de auto instapte leek hij ineens heel triest. Ik vroeg wat er scheelde en hij vertelde mij dat hij het koppel had gezien dat samen met ons op spoed zat te wachten om naar het verloskwartier gebracht te worden. “Die stonden daar in die lift met een couveuse vol draadjes en kabels. Wij beseffen niet hoeveel geluk wij hebben.” En zo is dat, wij zijn enorme chansaards met onze twee gezonde kinderen, en ge beseft dat op dagdagelijkse basis niet. Ik hoop dat die mensen hun kindje ondertussen al mee konden nemen naar huis en dat alles goed gaat…
Maar bon, om met een positieve noot te eindigen: wist je dat Lio 2 dagen na haar geboorte al nieuws op HLN.be was? Haha!