TWEE

OK, dus nu ben ik een moeder van twee. Twee onder twee, met een peuter die 20 maanden werd op de geboortedag van de tweede. En wat weet ik ondertussen als moeder van 2? (ja, zelfs na iets meer dan 2 weken beschouw ik mijzelf al als ervaringsdeskundige)

  • Dat de vraag ‘en hoe reageert Lucy?’ de meest gestelde is. En dat dat ook hetgene was waar ikzelf het meest benieuwd naar was. Wel, ze reageert goed, al weet ik niet hoeveel een 20-maander effectief beseft van het feit dat die kleine hoop mens die nu in de zetel/bij ons in bed ligt, eerst in mijn buik zat. Wij spraken al een hele tijd van ‘zusje’ in de buik en dat zegt ze er ook wel tegen (al lijkt het meer op ‘titje’ wanneer zij het zegt). Maar er is ook wel jaloezie op momenten dat er borstvoeding gegeven wordt, nét wanneer ik mijn armen nodig heb om te voeden, wil ze uiteraard bij mij op schoot, niet zo handig. Ze eist haar deeltje van de aandacht dus zeker op, en uiteraard heeft ze daar recht op. Verder is ze vooral enthousiast: wanneer ze thuiskomt, rent ze meteen naar het park of daar waar haar ‘titje’ zich bevindt en begint ze ze te bepotelen. Minder leuk wanneer die vingertjes vol snot en vuil hangen, maar best wel lief om te zien. Vooral alle lichaamsdelen moeten aangeraakt (en vaak met de nodige kracht ingeduwd worden): neusje, mondje, oortjes, oogjes, navel, handjes, voetjes, elke ochtend en avond wordt er gecheckt of ze nog van alles voorzien is. Vertederend, maar we moeten zeker een oogje in het zeil houden, of ze zou ze helemaal platduwen, denk ik.

  • Dat ge in de materniteit veel vrijer of meer gerust gelaten wordt en ze u minder vaak lastig vallen met alle in te vullen schemaatjes van voedingen, plas- en kakpampers of geslikte Dafalgans en Brufens. En dat er bijna geen vroedvrouwen mijn tieten hebben vastgehad om de borstvoeding te stimuleren deze keer, dat ook.

  • Dat uw hart groter wordt en dat je beide kinderen even graag kan zien. Zelfs toen de peuter het geniale idee had om het hoofdeinde van het ziekenhuisbed als glijbaan te gebruiken terwijl de baby ernaast lag. Of toen ze in het ziekenhuisbabybedje wilde klimmen. Of heel de kraamafdeling bijeen jengelde omdat ze moe was. Ik geef wel toe dat het verwarrend is, en dat ik ze precies nog niet allebei tegelijkertijd en op dezelfde manier graag kan zien (ook al is dat misschien wat ongelukkig uitgedrukt). Lio heeft mij nog echt nodig, dus die liefde is op dit moment heel erg zo(r)gend en beschermend. Terwijl Lucy mijn hart opvult met liefde door haar schattige zelve te zijn, mede doordat ze nu sinds net voor de geboorte van haar zusje zo mooi ‘mama’ zegt uiteraard, en door de fierheid die ze mij laat voelen (zo van: ja, ‘t is echt, dat mensje heb ìk gemaakt!). Hanne Luyten had dus gelijk in haar boek

Toen ik voor de eerste keer helemaal alleen was met mijn kakelverse zoon in de stilte van mijn ziekenhuiskamer, kwam de aha-erlebnis. Het ging ‘m helemaal nooit over plaats moeten maken in mijn bestaande hart, het gaat simpelweg over een extra kamertje creëren. [...] En met mijn zoon op mijn borstkas en mijn neus tegen zijn velletje gedrukt, snapte ik dat hij - met elke ademhaling die ik nam - meer en meer ruimte in zijn gloednieuwe kamertje vulde.
— #nietaankindengezinverklappen
  • Dat ik mij nog 1000 keer van naam ga missen. En Lander 10.000 keer. Blijkbaar is dat de vloek van ouders met meer dan 1 kind.

  • Dat ge minder bezoek krijgt. Of dat ze misschien allemaal later nog zullen komen. Of dat er misschien gewoon minder interesse is in een tweede worp. Of misschien ligt het gewoon aan het feit dat het nu geen grote vakantie is, dat we minder bezoek krijgen.

  • Dat mijn angst om buiten te komen met het voltallige gezin nog altijd aanwezig is. En dat dat OK is, want ik weet hoe ik ermee moet omgaan. Focussen op 1 kind tegelijkertijd, want ik ben geen moederoctopus met 8 armen, goed communiceren met uw partner en hulp vragen in de vorm van ‘pakt gij dat eens voor mij?’ of ‘wilt gij de baby eens vasthouden?’ of ‘tante/nonkel huppeldepup zal met jou in ‘t boekje lezen’. Dan komt dat allemaal goed: eten voor de baby heb ik altijd bij, pampers, tetradoeken, vochtige doekjes en extra outfits zijn altijd aanwezig (ook in de auto, mij gaan ze niet meer liggen hebben) en de zoveelste peutertantrum overleven we wel als die zich voordoet.

  • Dat ik nu toch twijfel of drie wel zo’n goed idee is. We zijn nu vaak elk met een kind in de weer (ik heel vaak met Lio for obvious borstvoedingsreasons) en dat is soms zweten. Ik hou mijn hart al vast voor de vrijdagen waarop ik alleen zal zijn met de 2 meisjes, mijn hoofd blokkeert dus helemààl op het gedacht alleen al dat wij outnumbered zouden zijn door onze kroost. Een hormoonvrij spiraal gaat daar dus voor een aantal jaar een stokske voor steken en wie weet zien we het ooit terug zitten om nog een baby in huis te halen. Of niet, en dan is dat ook goed.

  • Dat de vuilbak zich aan een razendsnel tempo vult, met dank aan borstvoedingskakpampers, kraamverband en borstvoedingscompressen. Het is duidelijk dat kinderen kopen een grote impact heeft op uw ecologische voetafdruk... Ik gebruik nu wel steevast Cheeky Wipes en wil vaker wasbare luiers gaan gebruiken, maar ik zoek eerst nog wat routine en wil me beter organiseren op luiertafelgebied. Iemand met 2 kinders in luiers die hier ervaring mee heeft en tips wil delen?

  • Dat SMS’en sturen naar je partner wanneer je je in hetzelfde huis bevindt heel gewoon wordt. Want als iemand Lucy in bad steekt (in de nieuwe badkamer, op het tweede verdiep) en de andere bij de baby beneden is, communiceert dat het makkelijkst.

  • Dat ik het wel zie zitten, dat moederen voor twee. Want wij kunnen dat: er is liefde genoeg, melk genoeg, ons huis en onze auto zijn groot genoeg en we zijn niet de eersten of enigen die het doen. Dus we flikken dat wel!

Met ons viertjes op het ziekenhuisbed. Lucy was de allereerste bezoeker van Lio!

Met ons viertjes op het ziekenhuisbed. Lucy was de allereerste bezoeker van Lio!